Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Die [30]antwoord geeft, eer hij zal gehoord hebben, dat [31]is hem dwaasheid en schande. 30. Hebreeuws, die een woord wederkeert; dat is, die antwoordt. Alzo 1 Kon.12:6,9; 2 Kron.10:6,9. 31. Dat is, wordt hem met recht tot dwaasheid gerekend, waarover hij dan schaamte en schande behaalt.